Slenteren in De VertelTuin in Hem 2022




Winterstilte
De grond is wit, de nevel wit, De wolken waar nog sneeuw in zit, Zijn wit dat zacht vergrijzelt. Het fijngetakt geboomte zit met witten rijp beijzeld.
De boom houdt zich behoedzaam stil, Dat niet het minste takgetril 't Kristallen kunstwerk breke, De klank zelfs van mijn schreden wil zich in de sneeuw versteken.
De grond is wit, de nevel wit, Wat zwijgend tooverland is dit? Wat hemel loop ik onder? Ik vouw de handen en aanbid dit grootsche, stille wonder.
Jacqueline van der Waals (1868-1922)
Meneer de Groot, leraar Nederlands, leerde mij het bovenstaande gedicht voor te dragen. Uit m'n hoofd voor de hele school op de kerstviering in de gymzaal in 1956. Ik was 13. Dit grootsche, stille wonder was het vooral voor mij en is het nog steeds. Daar stond ik, helemaal alleen. Eén foutje maakte ik. In het tweede couplet begon ik met 'De wind houdt zich' i.p.v. de boom. Ik vind het nog steeds een mooie fout. Door dit gedicht werd ik me toen werkelijk bewust van de schoonheid van de natuur die ik nu 66 jaar later nog steeds bewonder Het werd me ook duidelijk dat het 'voordragen' werkelijk wat anders was dan 'opzeggen'.